Romans met een bibliothecaris of archivaris als hoofdfiguur kunnen altijd op mijn aandacht rekenen. “Verdwaald gezin” van
Jan Siebelink is er zo eentje. Enkele jaren geleden droeg Jan Siebelink nog het imago van weinig gelezen en moeilijk verkoopbare auteur met zich mee. Sinds de onverwachte bestseller ‘Knielen op een bed violen’ uit 2005 is de belangstelling voor de andere boeken uit zijn omvangrijke oeuvre echter pijlsnel de lucht in gegaan. Zo ook voor ‘Verdwaald gezin’, een familieroman uit 1993 en nu in een door de auteur herziene druk heruitgegeven. Het verhaal speelt zich in de naoorlogse periode in Arnhem af. Protagonisten zijn Hugo Sprenger, archivaris van beroep, zijn vrouw Paula en hun dochter Noortje. Het huwelijk van Hugo en Paula is afgebrokkeld. Van begeerte en passie was er nooit sprake in hun ‘marriage de raison’. Het is de jaren vijftig en echtscheidingen worden nog niet getolereerd. Net zoals zij destijds hun verloving niet durfden te verbreken, durft het koppel het nu niet aan om uit mekaar te gaan. Ter wille van hun dochtertje en hun goede faam blijven ze dan maar samen. Hugo verlangt naar andere vrouwen en vind rust in zijn werk als archivaris waar hij groot project op poten zet om alle verdwenen stukken terug te vinden. Paula houdt zich op haar beurt maniakaal met de opvoeding van hun dochter Noortje bezig, die echter al snel rebelleert tegen de hypocrisie en de benauwenis die het verdoemde gezin zo typeren.
‘Verdwaald gezin’ is een knappe, klassiek opgezette roman met een erg sombere ondertoon. Net als ‘En de herfst zal schitterend zijn’ of ‘Vera’ excelleert Siebelink met zijn van fatalisme doordrongen proza. Aan de hand van zeer concrete gebeurtenissen schetst hij de tragiek van een gezin dat steeds dieper wegzinkt in lethargie. Goed wetende dat het huwelijk zal lopen, kunnen of willen de protagonisten het roer niet meer opgooien. Alle ingrediĆ«nten die het oeuvre van Siebelink zo kenmerken zijn dus volop aanwezig: de onafwendbaarheid van het noodlot, het verraad en de tanende liefde en vriendschap. In de knappe beschrijvende passages over de werkzaamheden van zijn protagonist symboliseert Siebelink glashelder de zinloosheid van dit gesloten leven. Archiefstukken die onvindbaar geacht werden, komen na gerichte zoekacties van de archivaris weer boven water, terwijl zijn diepere verlangens onbeantwoord blijven doorsluimeren. Vervreemding van het banale is uiteindelijk zijn loon naar werken. (oorspronkelijk gepubliceerd in
Leeswolf nr 2, 2008)
Kwoteringen: *** moeilijkheidsgraad I283 pagina's | Verschenen: september 2007 | De Bezige Bij | Prijs Euro 18.90