Ter navolging


Na zijn knappe en verrassende essaybundel ‘De ziekte van de bewondering’ toverde Kees ’t Hart een heuse brievenroman uit zijn pen. ‘Ter navolging’ is een aaneenschakeling van brieven, e-mails, sms-jes, faxen en al dan niet gefalsificeerde archiefstukken. De jonge en ambitieuze neerlandicus Vincent Gorter, hoofdpersoon van het boek, vermoedt dat hij de laatste mannelijke nazaat van Betje Wolff en Aagje Deken is. Zijn vader trachtte ooit een roman te schrijven over deze twee achttiende eeuwse schrijfsters die met ‘Sara Burgerhart’ de eerste Nederlandse brievenroman uit de geschiedenis schreven. Zijn plannen maakte hij echter nooit waar. Vincent wil de draad weer oppakken met een uitgebreide archiefstudie en trekt in de voetsporen van zijn vader naar het Franse Trévoux waar de twee schrijfsters van 1788 tot 1797 woonden, tijdens de woelige jaren van de Franse Revolutie dus. In de plaatselijke archieven ontdekt hij dat ze daar politiek geïnspireerde erotische werken geschreven hebben. Officieel voert Vincent voor zijn proefschrift een sociologisch “netwerkonderzoek” uit, maar waar het hem vooral om gaat, is Betje Wolff en Aagje Deken van hun saai en braaf imago bevrijden. Hij wil met een bijzonder schokkende portrettering op de proppen komen, zodat zijn onderzoek de nodige weerklank krijgt. Dat ze ginds in Frankrijk politiek geïnspireerde pornografische literatuur schreven is een eerste meevaller maar dat ze ook nog eens betrokken zouden zijn bij aardappelsmokkel, illegale tombola’s en deelnamen aan een orangistisch complot is moeilijker te staven voor de tegendraadse Vincent, hoeveel archiefstukken hij ook binnenstebuiten keert. Het doel heiligt echter de middelen. De gangbare regels van academisch archief- en bronnenonderzoek lapt hij aan zijn laars. Als het nodig is deinst de onorthodoxe onderzoeker er niet voor terug om de archiefstukken te bewerken en aan te passen om eigen theorieën te bevestigen of om andere onderzoekers op het verkeerde been te zetten. Onder een schuilnaam plaatst hij advertenties waarin hij om informatie omtrent de geheimen, verhalen en herinneringen van Deken en Wolff verzoekt. Uiteraard ontstaat in academische kringen grote bezorgdheid en beroering over zijn pikante ontdekkingen.

De ongekunstelde spontaniteit die de opeenvolging van brieven, e-mails en zelfs geinige sms-jes door zijn stilistische diversiteit oproept is slechts schijn. In wezen is ‘Ter navolging’ in al zijn veelkleurigheid een knap gecomponeerde roman waarin de spot met de academische wereld en moderne letterkunde als rode draad loopt. Het gekonkelfoes en de afgunst tussen academici of de koehandel in wetenschappelijke commissies die werkbeurzen en benoemingen verdelen, het wordt allemaal met verve uit de doeken gedaan. Op onnavolgbare wijze parodieert Kees ’t Hart deze wereldvreemde geleerden die koketteren met hun eigen letterkundig jargon en sociale Weetnietkunde. Ook hier lopen fictie en realiteit dooreen. Want in ’t Harts roman figureren er bestaande wetenschappers zoals P.J. Buijnsters, auteur van het referentiewerk bij uitstek over Wolff en Deken, zijn afvallige oud-student P. Altena en Frits Van Oostrom, professor Middelnederlandse letterkunde. Daarnaast zijn er fictieve wetenschappers zoals C. Oppelaar en Streppolt, specialist in netwerkenonderzoek en lichtend voorbeeld voor de protagonist. Bestaande en fictieve literaire termen worden vrolijk afgewisseld. Wat de verwarring en het leesplezier alleen maar groter maakt. “Ter navolging” is een speelse, humoristische en spitsvondige brievenroman waarbij het geheel de som der delen ruimschoots overstijgt. Zekerheden zijn onbestaande in het universum van Kees ’t Hart waar zelfs archieven als logboek van het verleden onbetrouwbaar lijken te zijn.

Ter navolging/ Kees 't Hart (Querido)
Prijs: € 18,95
438 bladzijden
ISBN 90 214 6714 3