Een uit de hand gelopen midlifecrisis

Er zijn enkele scharniermomenten in een leven, veertig jaar worden is er zo één. Met tram vier in zicht realiseer je plotseling hoeveel bagage je moet meezeulen. De helft van je leven is gepasseerd en vanaf dan denk je iedere keer dat er iets gebeurt, dat het misschien wel de laatste keer zal zijn. Voor de protagonist uit “Vergeef me”, de nieuwe roman van gewezen reclameman Frédéric Beigbeder is het allemaal nog wat erger. De openingszin zet meteen de toon: “In het jaar dat ik veertig werd, werd ik gek”. Net als in het veelbesproken "Euro 14,99" worden opnieuw de belevenissen verhaald van de megalomane Fransman Octavo Parango. Zijn verhaal leest als een lange en wervelende schuldbekentenis. Hij werkt inmiddels als modelscout in Moskou en heeft net een scheiding achter de rug. Zonder bagage – om zich zo licht mogelijk te voelen en voort te bewegen– trekt hij als een hedendaagse nomade rond. Op zoek naar het mooiste meisje van Rusland dat het gezicht moet geven aan de nieuwe campagne van de cosmetische producten van l’Idéal. Het is het ideale excuus voor een losbandige leven zonder al te veel verantwoordelijkheid. Niet zonder enig genoegen merkt hij op dat hij geen vaderland, geen wortels en geen relaties meer heeft. Zijn enige verjaardagscadeau is eenzaamheid. Hij doet zich tegoed aan ettelijke lijntjes coke en koketteert met zijn zelfgekozen ballingschap, terwijl hij er alles aan doet om zich een jeugdige imago aan te meten en ten strijde te trekken tegen alle mogelijke ouderdomsverschijnselen. Grijze haren trekt hij eigenhandig uit. In bars van bedenkelijk allooi laat hij zich omringen door de mooiste deernes die Moskou rijk is. Hoe jonger en hoe gewilliger, hoe meer kans op een modellencontract. Al deze meisjes ambiëren immers via modellenwerk de rijkdom uit het westen. En dan gebeurt het toch opnieuw, ondanks zijn blasé-zijn wordt de hoofdfiguur opnieuw verliefd, op de bloedmooie en amper veertienjarige Lena Dojtsjeva en met zijn verjaardag in zicht weet hij dan al dat er geen weg terug meer zal zijn en hij onherroepelijk met zijn hoofd tegen de muur zal knallen. Maar wie zal hij in zijn val meesleuren?

Vergeef me” behoort tot het mooiste wat Frédéric Beigbeder al op papier gezet heeft. Het is knetterend en fonkelend proza over een man die aan zijn eigen decadentie en geestelijke leegte ten onder gaat. De structuur is simpel, de roman is onderverdeeld in vier seizoenen waarin de neerwaartse spiraal van de protagonist beschreven wordt. De verhaallijn is echter minder eenduidig. Er zijn amper rustpauzes in de langgerekte schuldbekentenis, of het zouden de verwijzingen naar de Russische literatuurklassiekers zijn waarmee de hoofdfiguur zich zo graag vereenzelvigt. Ook zijn voortdurend koketteren met religie en geloof lijkt bij het haar getrokken. Tijdens zijn verwarde relaas ontvouwt zich niettemin een ontluisterend beeld van het leven in Moskou. De Russische oligarchie weet zich met hun geld en verveling geen raad meer. Het leidt tot decadente orgieën met steeds gewaagdere pornografische spelletjes waarin de mooiste callgirls uit Moskou en St-Petersburg figureren. De fashist voelt zich in dat decadente milieu als een vis in het water. Alles is er te koop en aangezien alles toch vergankelijk is, kan je er maar beter van profiteren. De amorele en geestelijke verwarde held van Beigbeder roept niet alleen herinneringen op aan het werk van Michel Houellebecq en Bret Easton Ellis, maar vooral ook aan het materialisme en egoïsme dat Martin Amis in zijn weergaloze “Money, a Suicide Note” hekelde. Vrolijk word je niet van “Vergeef me”, maar de macabere en satirische roman steekt boordevol zwartgallige oneliners en is wars van alle sarcasme een prachtige lofzang op de schoonheid van jonge vrouwen. Beigbeder blijft een vat vol contradicties.

Recensie geschreven in opdracht van Vlabin-VBC en gepubliceerd in Leeswolf, nr 3, april , 2009

F. Beigbeder: Vergeef me. Vertaald door Manik Sarkar, De Geus, Breda, 224 blz. €19,90.