Dansen op Asfalt

Marieke Prinsen Geerlings (1950) was jarenlang kind aan huis in de Britse popscene en experimenteerde er met geestesverruimende middelen en relaties. Ze werkte nadien, terug in Nederland, onder meer als vertaalster en scenariste publiceerde al enkele verhalen in de Volkskrant en Vrij Nederland. Dansen op Asfalt is haar langverwachte romandebuut. Het is een megalomaan boek geworden, een heuse krachttoer die drie decennia omspant en waarin fictie en feiten vrolijk door elkaar lopen. Het vangt aan in 1961 met de bouw van de Berlijnse muur en eindigt in 1989 met de val van diezelfde Muur.

Er zijn drie protagonisten die allen een tragische belevenis moeten verwerken. Zo zag Misja Levi op zevenjarige leeftijd zijn eigen vader - een popmuzikant- van een klif springen. De jongen trok zich nadien terug in zijn eigen fantasiewereld en weigerde nog te communiceren. De andere protagonisten zijn al even ongelukkig. Giselle wordt door haar aan drugs verslaafde moeder verwaarloosd en besluit weg te vluchten. Ruben Witkamp tenslotte groeit op in een streng gereformeerde familie. Zijn vlucht naar vrijheid eindigt in decadentie van de Amsterdamse gayscene. Hij verdient zijn kost als excentriek uitgedoste prostituee. Naast deze fictieve personages zijn er tal van reële personen die hun opwachting maken. Veel iconen uit de popcultuur zoals David Bowie, The Beach Boys, Jim Morrison en John Lennon maken hun opwachting. Daarnaast spelen ook Che Guevara, Rudolf Noerejev, Yukio Mishima en Charles Manson een belangrijke rol in deze intrigerende kroniek van de twintigste eeuw. De kantelmomenten in het leven van de protagonisten spelen zich af tegen de achtergrond van historische keerpunten zoals de val van de Muur, het neerslaan van studentenprotest op het Plein van de Hemelse Vrede en de moord op Sitting Bull.

De roman vangt aan met een pakkende scène waarin de zelfmoord van de vader van Misja Levi verweven wordt met het laatste concert van David Bowie als Ziggy Stardust in de Hammersmith Odeon in London. Deze rock and roll suicide zet de toon voor de rest van de roman die onderverdeeld is in vijf bedrijven. Het kost wat moeite om je als lezer in te werken. Marieke Prinsen Geerligs schakelt voortdurend van de ene tijdspanne naar de andere. Na verloop van tijd is het moeilijk om de bomen door het bos nog te zien. De grenzen tussen feiten en fictie vervagen en net als in Forrest Gump van Winston Groom maken de personages historische gebeurtenissen zoals de val van de Berlijnse muur van dichtbij mee. De verwijzingen naar de wereldgeschiedenis geven de vrijheidsdrang van protagonisten een universeel karakter. Hun driehoeksverhouding kan niet anders dan noodlottig aflopen.

Marieke Prinsen Geerlings laat met haar zwierig geschreven debuut zowel de fans van de popcultuur, de romantische zielen en de historici aan hun trekken komen. En dat is zowel de sterkte als de zwakte van deze 379 bladzijden tellende roman. Less is more is hier niet aan de orde. Dans, popmuziek, theater, wereldpolitiek en de opkomst van Aids. Alles wordt met alles verweven in deze alternatieve geschiedschrijving waarin het verglijden van de tijd de rode draad is. Deze literaire techniek levert enkele surrealistische passages op waar Jim Morrisson of David Bowie over kunst en perceptie filosoferen, doorleefde passages ook waarin het spel met de tijd voor magie zorgt. Maar even vaak zorgt de wijdlopende verhaallijn voor inzinkingen in de spanningsboog. Dansen op het asfalt is een virtuoze maar ook uitputtende eclectische postmoderne roman.

Recensie geschreven in opdracht van Vlabin-VBC en gepubliceerd in De leeswolf, jaargang 16, nr 9 - december 2010

Dansen op asfalt
Marieke Prinsen Geerligs
Augustus, 2010, 384 p.
ISBN 9789045703206