Tijdens de traditionele nieuwjaarsreceptie op het werk waren de goede voornemens weer het favoriete gespreksonderwerp. Het eerste glas was nog niet op of de onvermijdelijke vraag werd al gesteld. Ik geloof echter al lang niet meer in al die beloftes en goede intenties. Het is zoals vuurwerk, na nieuwjaarsdag is de magie al uitgewerkt. Slechte voornemens hebben een veel langere houdbaarheidsdatum. Maar als getraind bibliothecaris zoek je ook naar antwoorden op ogenschijnlijk nutteloze vragen. “Meer focussen, back to basics en het kaf van het koren scheiden, met uitzondering van mezelf.” antwoordde ik met uitgestreken gezicht.
Al even traditioneel als het uitspreken van goede voornemens is de terugblik op de voorbije tijdspanne. Aan het einde van het vorige decennium waren we nog met zijn allen in de ban van de “
millennium bug”. Tien jaar later – bij het einde van de nullies - hebben we andere katten te geselen met de perikelen rond de eenheidsmunt. Zelfs de terugkeer van de stabiele
Deutsche Mark van weleer wordt door de weinige nog geloofwaardige financiële experts al aangekondigd. Ondertussen deint de besparingsgolf in onze sector verder uit. Ons traditioneel bibliotheeklandschap dreigt in versneld tempo helemaal weggespoeld te worden door the cloud. De nieuwste problematiek stelt zich meer en meer op het vlak van langdurige opslag en preservering van de digitale informatie.
‘
Digital Doomsday: het einde van de kennis’, luidde de onheilspellende titel van een artikel dat een tijdje geleden in
The New Scientist verscheen. In dat stuk zetten de auteurs Tom Simonite en Michael Le Page alle mogelijke catastrofes die digitale info en datacenters bedreigen op een rijtje. Het kan een nieuw wereldwijd virus zijn, of een globale milieuramp die een groot deel van de wereldbevolking treft. Een zonnestorm kan het elektriciteitsnet in Noord-Amerika of Europa vernietigen. Het financiële systeem kan wereldwijd instorten. Aan apocalyptische scenario’s is er duidelijk geen gebrek. Science fiction of niet, de toenemende complexiteit en onderlinge afhankelijkheid van de internetsamenleving maakt onze beschaving steeds kwetsbaarder voor dergelijke rampscenario’s.
Het bewaren van populaire cultuur is op zich niet zo risicovol, er worden immers alom verspreid genoeg back-ups van gemaakt. Het zijn eerder de weinig gelezen, verspreide of bekende documenten die in gevaar zijn. Deze conclusie deed de harten van enkele collega’s en verdedigers van papieren collecties weer wat sneller kloppen. Van papier weet men dat het minstens een eeuw zal overleven, van magnetische tapes of optische schijven is men dat al veel minder zeker. Dat is een van de redenen waarom de coëxistentie van oude en nieuwe media ook in het nieuwe decennium belangrijk blijft. Al moeten we vooral ook niet voorbijgaan aan de enorme voordelen en vrijheid die dit digitale tijdperk biedt. Het komt er nu op aan om de capaciteit te ontwikkelen om data correct te verwerken en te ontsluiten en vooral ook om informatie die digitaal is opgeslagen terug te vinden. Een rol die ons informatiespecialisten op het lijf geschreven is.
Bij het behandelen van archiefaanvragen stoot ik soms op interessante beleidsdocumenten uit een ver en schimmig verleden. Meer dan een halve eeuw geleden – in 1959 - stelde een van mijn voorgangers vast dat de traditionele bibliotheek door het wetenschappelijk onderzoek volledig voorbijgestreefd was. Enkel een documentaire dienstverlening met behulp van de nieuwste technologische hulpmiddelen kon soelaas bieden. Er werd met de reeks ‘Wetenschappen van de Aarde’ niet alleen bibliografische documentatie op
IBM ponskaarten geïntroduceerd, maar er werd ook een reprografisch atelier opgebouwd voor fotokopie, smalfilm fotografie en
microfiche. In de loop van de volgende jaren werd de microfiche intens gebruikt. De geschiedenis herhaalt zich. Het komt erop aan om opnieuw creatief, innovatief en vastberaden te reageren. Alleen mag het deze keer zo goed als niks kosten. Deze situatie ernstig nemen, maar niet tragisch en af en toe voor wat vuurwerk zorgen. Dat wordt mijn motto voor het nieuwe jaar!
(Column oorspronkelijk verschenen in Digitale Bibliotheek, Essentials)