Schrijver en ex-mediafiguur

De wijsheid komt met de jaren. Herman Brusselmans, Vlaanderens literaire enfant terrible, weigert nog langer op tv en radio te verschijnen. Aanleiding van zijn drastische beslissing is de ruzie met VRT-journalist Peter Vandenbempt, die momenteel het laatavond sportprogramma Studio 1 presenteert. Het niveau van dat sportprogramma is er helaas niet op verbeterd. Brusselmans was de enige die de ernst waarmee het spelletje besproken werd durfde te doorprikken. Andere 'so called' kenners Günter Schepens en Gilles De Bilde wauwelen of herkauwen cliché's dat het geen naam meer heeft. Jan Wauters slikt wellicht bij zoveel oppervlakkigheid.

Herman Brusselmans heeft al een vooral kwantitatief indrukwekkend oeuvre bijeengeschreven en het vat is nog niet leeg. Maar in 2010 legt hij de mediamachine even stil. Eerst volgt nog de promotie rond zijn vijftigste boek 'Mijn haar is lang'. Daarna zal hij zich beperken tot schrijven en het geven van literaire optredens. Misschien komt de media boycot ook het niveau van zijn columns ten goede, die net als zijn romans meer en meer op herhalingsoefeningen lijken.

Zijn beste boeken blijven zijn eerste vijf (tien als ik in weinig kritische bui ben) zoals het onovertroffen De Man die werk vond uit 1985. De hoofdpersoon, de zonderlinge bibliothecaris Louis Tinner, werkt in een ministerie en slijt zijn werkdagen met drinken en het fantaseren over het koffiemeisje. Het boek kreeg in 1998 een opvolger met Nog drie keer slapen en ik word wakker. De protagonist is dan veertig jaar oud en drijft een door het grote publiek genegeerde tweedehandsboekhandel in Gent. Net als in de UK comedy Black Books vervloekt de boekhandelaar zijn klanten en verafschuwt hij hun smaak. Ook 'Zijn er kanalen in Aalst', 'Prachtige ogen' en 'Dagboek van een vermoeid egoïst" zijn pareltjes die de tijdsgeest van de nihilistische jaren tachtig prachtig vatten.

De man die werk vond, Uitgeverij Bert Bakker, Amsterdam, april 1989 (eerste druk november 1985), derde druk, 127 bladzijden