>
- Link ophalen
- X
- Andere apps
De Platenkoffer van Jan Klerk
Popmuziek
1974: Gentle Giant. The Power and the Glory.
Hoogst orginele complexe progrock voor een selecte groep liefhebbers. Muziek waar ik me mee kon profileren.
1976: Genesis. A Trick of the Tail.
Bijzonder knap gecomponeerde sprookjesmuziek. Na 1978 raakte de fut er helaas uit bij de heren. De oude Genesis heeft me door een paar moeilijke puberjaren heen geholpen.
1976: Van der Graaf Generator.
A World Record. 'An aquired taste' zoals Engelsen dat zouden noemen. Complexe, bizarre en soms ook wel irritante muziek van één van de origineelste bands aller tijden. Met VDGG op je jasje was je Dé Nerd
1977: Pink Floyd: Animals.
Een sombere plaat met de allermooiste hartverscheurende gitaarlicks van de allerbeste gitarist Dave Gilmour. M'n biologieleraar regelde destijds kaartjes voor het Animals-concert in Ahoy dat garant stond voor een aantal uurtjes kippenvel dat bleef staan.
1988: R.E.M. Green.
Na 1980 verliet ik de popmuziek omdat ik het goed zat was van alle slappe namaak en luisterde jarenlang alleen nog maar klassiek. Met R.E.M. keerde m'n interesse in popmuziek weer terug. Green en Document zijn m'n favorieten.
1995: Björk. Post.
Nog zo'n volstrekt originele artiest. Ook Post is complex, bizar maar ook wel weer heel erg pakkend en beeldschoon gecomponeerd.
1996: Beck. Odelay.
Ongelooflijk grappige plaat dit, een opvrolijker van jewelste. Met 'Where it's At (two turntables and a microphone)' is je dag direct weer goed.
2005: Opeth. Ghost Reveries.
Opeth is m'n favoriet van de laatste jaren. Complex, contrastrijk en heel erg goed gemaakt. Waar het grunten bij de meeste deathmetal bands op de lachspieren werkt, klinken de 'grunts' van Opethleider Mikael Ã…kerfeldt volstrekt op z'n plaats, melodieus zelfs.
2007: Queens of the Stone Age. Era vulgaris.
De Queens op hun best. De muziek klinkt net zo strak stampend als de motor van een olietanker.
Klassiek
1. Beethoven. Diabellivariaties.
Beethoven torent wat mij betreft overal bovenuit. Zo innovatief, zo knap gecomponeerd. Ik houd erg van een liveopname van Sviatoslav Richter uit 1977 waar de piano door al het gebeuk op de toetsen langzaam ontstemt raakt.
2. Beethoven. 9e Symfonie.
Nog eentje van de meester. Ongehoord innovatief eigenlijk voor die tijd en onbegrijpelijk dat een volstrekt dove man zoiets moois kan componeren. M'n favoriete opname van Bernard Haitink met het London Philharmonic uit 1976 is nooit op cd verschenen. Dus heb ik 'm zelf maar gedigitaliseerd.
3.Brahms. Symfonie nr.1.
De intro met de daverende paukenslagen was voor mij de ideale overstapmuziek naar klassieke muziek. Voor Brahms mag je me wakker maken.
4. Bruckner. Symfonie nr.9.
Over innovatie in muziek gesproken. Deze muziek doorbrak destijds in 1894 alle grenzen. Bruckner slaagde er niet meer in om het stuk af te maken waardoor we het met 'slechts' drie delen moeten doen. Nog altijd ruim 60 minuten muziek.
5. Honneger. Symfonie nr.3 'Dies Irae'.
Deze muziek beslaat het hele spectrum tussen zacht mysterieus ruisend en stampend orkestraal geweld. Ik ken maar één goede uitvoering, die van Herbert von Karajan.
6. Mozart. Don Giovanni.
Wat mij betreft z'n mooiste opera. Moet je gezien hebben.
7. Nielsen. Symfonie nr.5.
Hoogst originele Deen maakte destijds muziek die eigenlijk nergens anders op leek. De vijfde met een hoofdrol voor de snaartrommel is m'n favoriet.
8. Sibelius. Vioolconcert.
Ik kies voor de opname uit 1970 met Kyung Wha Chung. Ooit als hopeloos verliefde 18 jarige naar een liveconcert van deze beeldschone Koreaanse geweest. Zij was toen 30 dus.
9. Wagner. Der Ring des Nibelungen.
Een 16 uur durende cyclus van 4 opera's. Mooi in elkaar gezet verhaal over de corruptie van de macht verpakt in een Germaans sprookjesverhaal vol symboliek. De muziek is huiveringwekkend mooi.
10. Webern. Fünf Sätze Op.5.
Eén van de 'Sätze' vormde de intro van het televisieprogramma 'De Schrijvers', een fantastisch VPRO discussieprogramma over boeken uit de jaren 80 geleid door Harry Mulisch. Toen ik er achterkwam dat het stukje muziek van Webern was ben ik gevallen voor het complete maar zeer beknopte oeuvre voor strijkkwartet. Na Webern verliet de klassieke muziek de 'tonaliteit' en ontstond wat wij nu modern klassiek noemen, pieptuut-muziek in de woorden van mijn vader. Ik kies voor de uitvoering van het Quartetto Italiano, alleen al vanwege de fraaie hoes.