Konterdamloop, achtste manche van het OLC. De ideale wedstrijdvoorbereiding had ik deze keer niet. Planningsgesprekken, vergaderingen en deadlines op het werk en 's avonds ook nog eens geplaagd door een hooikoortsaanval met jeukende en rood doorlopen ogen. Voor het eerst dit jaar besloot ik een wedstrijd met mijn zonnebril te lopen. Het was erg warm (23° C) en er stond een strakke wind aan zee. Drie ronden van 3,5 km kregen we deze keer op ons bord. De eerste 5 km ging het nog prima met een gemiddelde snelheid van
15 km/u. Maar toen begon de warmte en de wind mij parten te spelen. Het deelnemersveld raakte bovendien erg verbrokkeld. Het werd zo'n type wedstrijd waarin het ieder voor zich is, zonder georganiseerde aflossingen. Peter Liekens die altijd in mijn buurt finisht was er deze keer niet bij dus ik had geen zicht op mijn positie. Je moet al mentaal heel sterk zijn om alleen tegen de wind te beuken als je weet dat er dan nog een ronde van
3500 meter volgt. Mijn tempo zakte naar 14,8 km/u en ik kreeg de turbo niet meer aangezwengeld. Koen Jonckheere hielp me door een moeilijk moment door de kop over te nemen in de voorlaatste kilometer. Kapot zat ik ook niet, met de finish in zicht versnelde ik tot 17 km/u. Veertigste plaats en weer 211 punten erbij. In het algemeen klassement duik ik de top 20 binnen en in de H2-categorie sta ik nu op de zesde plaats. Ondertussen leer ik ook elke wedstrijd nog bij. Meer drinken bij warm weer is zo'n les. Ik train nog altijd erg intuïtief, zonder
hartslagmeter bijvoorbeeld, maar zo blijft het ook spontaan en leuk. Aan wedstrijden in ieder geval geen gebrek. Volgend weekend loop ik opnieuw een 10 km race, deze keer op het strand van
Knokke. Misschien moet ik toch maar eens lichtere wedstrijdschoenen aanschaffen.
It's all in the mind, maar de benen moeten wel mee kunnen natuurlijk.