Reisverhalen zonder haast


Zeldzaam zijn die  momenten  waarop je wakker geschud wordt uit je dagelijkse routine en plotseling, als in een flits, alles ziet, hoort en begrijpt. Alsof je zintuigen zoveel gevoeliger zijn geworden. En dan is het moment alweer voorbij en val je terug in je behaaglijke  lethargie.  In de verhalenbundel "Gods terrarium" beschrijft Ronald Westerbeek wat er zou gebeuren als je deze momenten moedwillig zou opzoeken en verlengen. De gevolgen zijn enorm verstrekkend. Wie zoekt, moet bereid zijn de consequenties te accepteren.

Het openingsverhaal, 'De man die ging', zet de toon: een computerspecialist van middelbare leeftijd lijkt op een dag van de aardbodem verdwenen te zijn. De werkgever vreest dat hij naar een concurrerende firma is overgelopen en schakelt een detectivebureau in. Detective Kees Brokken ontdekt algauw dat er van een overstap, of erger, bedrijfsspionage geen sprake is. Eerder van een radicale koersverandering. Meer en meer raakt Brokken gefascineerd door deze mysterieuze verdwijningszaak. De parallellen met zijn eigen leven zijn treffend. Maar wat brengt er iemand toe om alles vaarwel te zeggen en een nieuw leven te beginnen? Ook in het verhaal 'Galéria Ampurdan' staat een verdwijningszaak centraal, maar dan van een schilderij: La charette fantôme van Salvador Dali. Het doek met "het meest concrete en objectieve landschap dat er op de wereld bestaat" was voor een groepje vrienden ooit een icoon voor hun levensidealen. Alleen de fantoom van het Spaanse Ampurdan was realiteit, de rest van de wereld was een droom. De ikfiguur leest in de krant over deze opmerkelijke diefstal en hij besluit in een opwelling om zijn oude vrienden opnieuw op te zoeken. Hij reist ijlings naar Praag, de uitvalsbasis uit zijn jonge jaren. Alles blijkt veranderd, maar de oude droom flakkert spoedig weer op.

Het knapste verhaal van de bundel is ongetwijfeld 'Sainte Croix-aux-Mines', waarin Westerbeek zijn thematiek krachtig bundelt en er een wijde spanningsboog overheen trekt. Het is het verhaal van een jonge kunstschilder die het meesterwerk van zijn vader vernietigt en dan op de vlucht slaat. Eens te meer wordt duidelijk dat een nieuw leven niet zomaar opgebouwd kan worden, de fundamenten blijven immers onveranderd. Ook in het slotverhaal, 'De ultieme reis van Thom Crane', zoeken de protagonisten op wanhopige wijze naar het échte en intense leven. De ene wil steeds onderweg zijn om steeds weer nieuwe prikkels na te jagen. En de andere nestelt zich in een geregeld bestaan in de hoop ooit zichzelf te ontdekken.

Met "Gods terrarium" schreef Ronald Westerbeek een verrassende verhalenbundel waarin jaren '60-idealen (cfr. "On the road" van Jack Kerouac ) en levensbeschouwingen in een jaren '90-sausje gedrenkt worden. Er worden veel vragen gesteld en slechts weinig antwoorden geformuleerd. Alle personages zijn in zekere zin op reis. De zoektocht naar de zin van het leven en de confrontatie tussen ideaal en werkelijkheid zijn de rode draad in alle verhalen De centrale gedachte is, dat wie zoekt, bereid moet zijn te vinden. Het zijn verhalen die hun geheimen pas traag onthullen. Maar zoals de hippies destijds predikten: er is geen haast mee gemoeid. Na de novelle "Kaj" (1997) en de roman "De val van de pelikaan" (1998) bevestigt Westerbeek zijn talent in sober maar veelgelaagd proza. Licht verteerbaar is het niet, fascinerend des te meer.

Ronald Westerbeek, Gods terrarium, Mozaïek Zoetermeer, 1999, 171 p., € 553. ISBN 9023990072